vrijdag, december 29, 2017

Robin is 10 jaar!


Robin Hans Wanders, geboren op 30 december 2007, wordt vandaag dus 10 jaar oud. Tien!! Waar is de tijd gebleven? Wat gaat dat afschuwelijk snel. Maar vooral... wat ben je tien jaar lang een heerlijk joch gebleken, lieve Robin!

Ik kan me nog de dag levendig herinneren dat ik je voor het eerst in mijn armen mocht houden. Met dat gekke groene mutsje op je hoofd, terwijl jij je kleine lijfje zo strak als een plankje hield. 
Mijn eerste kleinkind. Ik was opa geworden, net een maand voor mijn eigen zestigste verjaardag. Binnen een maand en opa worden, en 60 jaar worden, dan realiseer je je pas dat je dagen als 'jeune premier' toch wel een beetje voorbij zijn. Maar wat was je mooi, en wat was ik trots!

En je groeide heel voorspoedig op. Je groeide als kool en je was natuurlijk de allermooiste dreumes die ik ooit had gezien. De schattigheid droop er met bakken af. 
We zagen je jammer genoeg niet zo vaak, want jij woonde in Hoofddorp en oma en ik woonden nog in het verre België, in de buurt van Brussel. Maar dat betekende wel, dat elke keer als we je zagen, dat voor ons een waar feest was. En zo togen we ook in feeststemming naar de viering van je allereerste verjaardag, eind december 2008. Je was toen nog steeds ons enige kleinkind, dus was je sowieso iets bijzonders! En dat ben je eigenlijk al die jaren gebleven.

In de zomer van 2009 leerde je lopen, en was je feitelijk vertrokken! Grote avonturen lonkten, op het speelplein pal voor je deur, en er waren tal van vriendjes en vriendinnetjes waar je heel snel vriendschap mee sloot. 


Je was dan ook een heel leuk joch om te zien. In die tijd reisde opa nogal vaak naar Amerika voor zijn werk, en mamma zorgde er voor dat ik altijd een heel lijstje met gewenste kinderkleren bij me had, om waar ik ook was in Amerika de dichtstbijzijnde Gap For Kids te vinden, want zo'n leuk ventje wil je natuurlijk ook het liefst kleden in wel hele kekke kleding. 
Soms kocht opa niet alleen alles wat op het lijstje stond van mamma, maar ook wel eens iets bijzonder. Zoals dat zilverkleurige warme jasje met die te gekke bontmuts erbij. Je moest nog wel een tijdje groeien voor je er in paste, maar toen het je paste zo tegen de tijd van je tweede verjaardag was je wel meteen het mannetje daar op het plein!


Praten deed je ook al snel als de beste. En dat kwebbeltje van je stond meteen nooit meer stil. Je had over alles en nog wat wel het een en ander te melden. Je zag dingen, en gaf daar je eigen uitleg over. Met humor en soms onbedoelde grappige uitspraken. 
Soms vroegen mensen wel eens hardop van wie je dat gevoel van humor had meegekregen. Ik hoop dat die mensen het me nog steeds niet kwalijk nemen als ik je dan in je oor fluisterde: "Je moet zeggen: Dat heb ik van mijn opa!"

En dat zei je dan ook. Want je wist dat als zijn kleinzoon zo iets zegt, het niet meer dan normaal is dat een grinnikende opa dat dan terecht en volkomen verdiend onmiddellijk beloonde met een lekker ijsje!

Inmiddels was je je unieke status als Opa's enige kleinkind wel kwijtgeraakt. Want kort voor je derde verjaardag in december 2010 hadden je oom Alex en tante Troeke hun eerste zoontje Rune verwelkomd. Opa en oma moesten nu hun grootouderlijke affectie verdelen over twee kleinzoons. Maar die affectie hadden ze altijd in overvloed, gelukkig!

Veel te snel groeide je verder op. Inmiddels was je al wel groot genoeg om eens op proef een nachtje te komen logeren in het verre België bij opa en oma. Dat lukte wonderwel, en bleek zeker voor herhaling vatbaar. Wat een feest was dat altijd! 
Al van heel kleins af aan was je dol op zwemmen. En het tropische zwemparadijs van Oceade, bij de Heysel en het Atomium in Brussel was je favoriete zwembad. De golven van het golfslagbad vond je aanvankelijk nogal intimiderend maar het duurde niet lang voor je daar met ware doodsverachting als een heel klein rotsje in de branding stond. En met verlangen en een beetje angst keek je naar al die waterglijbanen. Zou je het durven daar ooit eens af te roetsjen? Tegen dat je in december 2011 vier jaar oud werd konden we met trots melden dat Robin zijn allereerste Oceade waterglijbaan met succes had genomen. 


Toen je op je vijfde verjaardag in december 2012 terugkeek op dat jaar, was het wel een heel bijzonder jaar geweest voor je, lieve Robin! In de zomer van dat jaar had je er namelijk een klein broertje bij gekregen. Jesse heet het ventje, en het is een soort kleine kloon van jou. Al even schattig als jij zelf was geweest als baby. Je was er dan ook heel trots op en liet al je vriendjes en vriendinnetjes zien hoe koel dat broertje van je wel niet was. 

Inmiddels ging je ook al naar school, en al snel bleek dat je superslim was en heel snel alles oppikte wat de juffrouw je bijbracht. School vond je ook altijd heel leuk. Sporten deed je ook graag. Je deed van alles: zwemmen natuurlijk, jouw grote liefde, maar ook hardlopen samen met mamma, judo en je zat zelfs een blauwe maandag op voetbal. Dat laatste vond je eigenlijk niet zo leuk, dit zeer tot verdriet van je pappa die net als vele vaders droomde van een briljante loopbaan van zoonlief als sterspeler van het Nederlands elftal. We moeten nu vrezen dat die droom niet uit zal komen. 


In december 2013 vierde je alweer je zesde verjaardag. Kort daarvoor had je nog een keertje bij opa en oma in België gelogeerd, en toen mamma je na een paar nachtjes weer opp kwam halen, zijn we nog naar de grote kerstmarkt in Brussel geweest. Je kon van alles zo intens genieten, Robin! Dit fotootje hiernaast is nog een herinnering aan die koude maar oh zo leuke dag. Want zeg nou zelf, welke (bijna) zesjarige heeft er nou zo'n koele foto in een reuzenrad recht tegenover het Koninklijke Paleis van Brussel?

In dat zesde levensjaar bedwong je ook steeds meer van de waterglijbanen in Oceade. En je ontdekte het internet. Want over hoe je met computers en iPhones en andere moderne communicatiemiddelen omgaat, daarover hoefde niemand je nog veel te vertellen. Dat heb je duidelijk van je papa geërfd, die vaardigheden, want die is er ook zo'n kei in!


Het is dan ook niet verwonderlijk dat tegen de tijd dat je in december 2014 zeven jaar werd, je al je eerste website en zelfs je eerste eigen YouTube kanaal had. Aanvankelijk nog wat rudimentair qua inhoud, maar al snel leerde je allerlei trucjes om die media op een snelle en gelikte manier van meer inhoud te voorzien. Voor een heel slim joch met een enorme leergierigheid, een brede belangstelling en heel veel creativiteit wist je hele mooie en vooral grappige dingen te bedenken om je online persoonlijkheid gestalte te geven.

Inmiddels waren opa en oma ook in 2014 terug verhuisd naar Nederland en waren ze neergestreken in Rosmalen. Ook daar kwam je graag logeren, en ik weet nog goed hoe je tijdens een van je eerste logeerpartijtjes met Opa's videocamera aan de slag ging en je oma ging interviewen. En dat je toen je oma bestraffend toesprak dat ze al een vraag aan het beantwoorden was, nog voordat jij die vraag had kunnen stellen. Opa schoof langzaam van zijn stoel van het lachen! 

In het jaar 2015, het jaar waarin je in december de leeftijd van 8 jaar bereikte, kwam je niet meer alleen naar ons toe om te logeren. Broertje Jesse was inmiddels ook groot genoeg om met je mee te komen. En zo werden die logeerpartijtjes een waar familie-instituut: in elke schoolvakantie was er minimaal een logeerpartijtje, en in grote zomervakanties soms ook twee of drie. 
En "action opa" werd daarbij zeer bedreven en steeds creatiever in het bedenken van uitstapjes en andere activiteiten. Zwemmen was er sowieso altijd bij, want broertje Jesse bleek al net zo'n waterrat te zijn als jij. 

Vorig jaar - in december 2016 - vierde je alweer je negende verjaardag. En ergens in de loop van dat negende levensjaar had modebewuste en hippe Robin ontdekt dat het eigenlijk best wel koel was om je haren knalblauw te verven. Inmiddels waren jullie binnen Hoofddorp verhuisd van het ene naar het andere - grotere - huis, maar gelukkig kon je naar dezelfde school blijven gaan en dezelfde vriendjes blijven houden. 


En daar kwamen - misschien wel door de knalblauwe haren - ook opmerkelijk veel nieuwe vriendinnetjes bij. Als ik op vrijdagen mijn wekelijkse grootvaderlijke kinderopvangplichten vervulde gebeurde het meer dan eens,dat er aan de deur gebeld werd en er een klein legertje meisjes van ongeveer jouw leeftijd voor de deur stonden en vroegen of Robin met ze wilde spelen. 
Meestal zat je dan boven op je kamer achter je computer en moest ik hard roepen: "Robin, je harem staat voor de deur, of je even komt!"
Dat vond je misschien niet zo'n geslaagd grapje, maar je kwam wel altijd, en het deed mijn opa hart altijd goed om te zien hoe je je mocht verheugen in vrouwelijke aandacht. "Honing aan zijn kont", was een gedachte die vaak door opa's kop flitste...


En nu.... Nu ben je zomaar opeens tien jaar! Je haren zijn nog steeds blauw, en je neemt de snedige opmerkingen van je kameraden zoals Ocean maar voor lief als hij je "smurf" noemt, want je vindt het zelf nog steeds cool en ook de meisjes zijn er nog bepaald niet op uitgekeken. Maar je bereikt nu ook de leeftijd dat je echt begint te puberen, en dat je meisjes eigenlijk een beetje stom vindt. Tenzij ze net zo goed kunnen Minecraften of Robloxen als jij, of samen met jou ongein kunnen posten op je inmiddels volledig tot ontwikkeling gekomen YouTube kanaal RHW Gaming, compleet met professioneel door je oom Oscar ontworpen logo.

Robin, opa en oma vinden je een echte kanjer, en we hopen dat je zo lief en geduldig blijft voor je broertje (die best wel high maintenance kan zijn...) als je nu bent, en net zo lief voor je vader en moeder. Maar vooral dat je al die slimheid die je hebt op positieve wijze en voor positieve dingen zult kunnen aanwenden op school en in alles wat je doet!

Van harte gefeliciteerd, Kanjer! En een dikke knuffel van

Opa en Oma






maandag, december 25, 2017

Een kerstsprookje

In een land hier heel ver vandaan (nou ja, niet zo ver hoor… eigenlijk was het gewoon in de Vinex wijk drie straten verderop) woonde eens een opa, die zo’n dag of drie voor Kerstmis de lumineuze inval kreeg om eens met zijn kleinzoontje aan het handje naar het plaatselijke winkelcentrum te wandelen om de kerststal te bekijken en alle andere attracties die de plaatselijke neringdoenden hadden bedacht om het winkelende publiek aangenaam te verpozen.

Het driejarige ventje was goed warm ingepakt: wollen mutsje op het hoofd, een lekker dik parka jasje aan, een door oma gebreide sjaal om het nekje, en aan de handen de met wol gevoerde wantjes die met een lange draad door de mouwen van zijn jasje en achter zijn ruggetje om listig met elkaar waren verbonden. Zo raak je niks kwijt.

Met het in wantje verpakte handje van zijn kleinzoon stevig in zijn eigen met rimpelig vel en kalknagels gedecoreerde hand geklemd, arriveerden opa en kleinzoon op het winkelplein waar bekende namen en logo’s boven de winkelingangen hen veelkleurig begroetten: Albert Heijn, Blokker, Action, Kruidvat, Gall & Gall, en meer van dat soort bakens van Hollandse koopmansgeest. En overal waren er lichtjes, langs de gevels van de winkels, in de van bladeren ontdane beuken die het plein omzoomden en natuurlijk in de grote kerstboom midden op het winkelplein.

En daarachter, achter die kerstboom, daar stond de kerststal, het beoogde doel van deze grootvaderlijke expeditie. Men had daar een soort houten blokhut in elkaar getimmerd, en daarin stonden wat vermoeid ogende beeldhouwwerken met afbladderende verf, waarin je met enige fantasie toch wel Jozef en Maria zou kunnen herkennen. Tussen hun in stond een soort voerbak voor varkens, gevuld met wat stro en daarin lag dan een nogal blote pop (€ 9,95 bij de Action, nieuw in de doos) met een dekentje er omheen gewikkeld (€ 12,95 bij de Action). Tot zover de menselijke inhoud van de kerststal. Herders en ook koningen met wierook, goud en myrrhe schitterden vooral door hun afwezigheid.

Dieren daarentegen waren er wel in overvloed. Binnen de omheining die in een wijde boog rondom die blokhut in elkaar was getimmerd liepen niet alleen een aantal morsig uitziende schapen overvloedig keutels te produceren op de klinkers van het pleintje, maar er stond zelfs een heus rendier. Nou ja, rendier…. Dit specifieke exemplaar zag er toch vooral uit als een dier dat hooguit nog met behulp van een rollator in beweging zou zijn te krijgen. Van rennen leek niet veel sprake meer te kunnen zijn.

Wat opa direct opviel was vooral de intens treurige blik in de ogen van het rendier. Ga maar na: een rendier is normaal een fier en nobel beest, dat in de kracht van zijn leven gewend is aan een habitat vol besneeuwde vlakten, eeuwig zingende bossen en arctische vergezichten. Dit depressief ogende exemplaar moest het doen met een omheinde habitat van een vierkante meter of dertig, geplaveid met koude klinkers in plaats van met knisperende vers gevallen sneeuw onder de poten. En in plaats van eeuwig zingende bossen moest hij het doen met een paar lullige lantaarnpalen, waaraan bovendien nog eens luidsprekers waren bevestigd die bijna onophoudelijk de lofzang uitbraakten op zijn verre neef Rudolf, die met die rode neus, weet u wel? En de arctische vergezichten uit zijn jeugd hadden nu plaats gemaakt voor de voorgevels van de Digros, de Hypotheker, de plaatselijke döner kebab tent en de Hema. Dit rendier zag eruit alsof hij alleen nog meer een enkele reis hoefde te maken, linea recta richting lijmfabriek. Je zou als rendier toch van minder ernstig depressief raken… 

Opa’s kleinzoontje aanschouwde de beestenboel gebiologeerd en zwijgend, en een heel klein tikkeltje angstig. Hij kroop voor de zekerheid wat dichter tegen de corduroy broekspijp van opa aan. Je weet immers maar nooit met die schapen; ze zagen er knap hongerig uit. En in de ogen van een driejarig ventje is zelfs een depressief geriatrisch rendier toch best wel groot.

Even verderop op het plein was er plotseling commotie. Een aantal neringdoenden hadden de handen ineengeslagen en gezorgd voor een heuse kerstman, die ze geestdriftig aankondigden als “Santa Claus” (de veramerikanisering van onze cultuur is eenvoudigweg niet meer te stoppen). Santa werd daarom ook vergezeld door een tweetal “elves”, die al even geestdriftig werden aangekondigd als “Santa’s little helpers”. Het bleken twee nogal giftig kijkende pubers te zijn, gehuld in gifgroene pakjes en met een puntmuts boven het pokdalige gelaat. Ze geneerden zich bij voorbaat al kapot dat hun school- of voetbalvrienden ze zouden herkennen. Zo van: “Holy fak, daar heb je Erwin en Tim! Man man man, wat staan jullie voor lul daar!”. Maar ja, die paar knaken die ze voor deze gig kregen zouden met een beetje geluk toch goed zijn voor nog een game voor op hun PS3.

Opa bekeek het bonte gezelschap met een gezonde en groeiende dosis wantrouwen. Die Santa Claus vertrouwde hij sowieso voor geen meter. Normaal is dat toch een gezellig bol type? Deze versie was graatmager, het rode pak slobberde om zijn lijf. En hij keek ook nog eens bepaald vals uit zijn ogen. Opa snoof eens nadrukkelijk en meende ook een onmiskenbare jajem-lucht te ruiken vanuit de richting van Santa. En het was nog niet eens drie uur ’s middags! En dan die baard! Die was zo fake als hij maar zijn kon. Opa probeerde zich in gedachten voor te stellen dat je, met zo’n baard opgeplakt als vermomming, zou proberen te ontsnappen uit gevangenschap in door ISIS gecontroleerd oorlogsgebied. Nog voordat je ook maar “Ho Ho Fakking Ho” zou hebben kunnen zeggen, zou je al meteen op rituele wijze een kopje kleiner zijn gemaakt. Opa was er van overtuigd dat wat onder Santa's neus en kin naar beneden hing met grote waarschijnlijkheid eerder die dag uit de schaamstreek van de schapen in de kerststal was geschoren en met hobbylijm aan Santa's kin was geplakt.

Er stonden nog een aantal andere opa’s, oma’s, papa’s en mamma’s met hun kroost aan te schuiven voor het obligate bezoekje aan Santa Claus. Kleinzoontje werd een beetje ongedurig van het wachten en Opa overwoog ernstig om maar huiswaarts te keren. Maar ze waren er nu toch, en zo’n kind wil je niet teleurstellen. Dus toverde Opa een lolly uit zijn jaszak om kleinzoontje een beetje in het gareel te houden. Pappa en mamma waren er toch niet bij, en wat niet weet, wat niet deert, toch?

En toen… toen was kleinzoontje aan de beurt. De kerstman greep het ventje onder de oksels en zwierde hem op zijn schoot. Naakte doodsangst sprak uit de ogen van het ventje. Licht grommend ging opa heel dicht naast de kerstman staan en wierp hem met een blik toe die zei: “Ik ben dan misschien wel geen Rico Verhoeven, maar zo’n mager scharminkel als jij kan ik nog altijd moeiteloos hebben, klojo!”. Santa leek de onuitgesproken boodschap te begrijpen en probeerde een gesprekje met kleinzoontje aan te knopen: “Wat wil jij hebben voor kerstmis?”.

Het ventje zweeg als het graf.

“Ben je braaf geweest dit jaar?”, probeerde Santa het nog eens.

Opnieuw zweeg het ventje, maar keek nu even naar Santa met zo’n blik van: “Hou je me nou voor de gek? Dat WEET jij toch? Daar heb je toch zo’n boek voor?? Duh!”.

Met een zucht zette Santa het ventje weer op de grond, en graaide in de zak die naast zijn stoel stond. Alle kinderen kregen exact hetzelfde pakje. Ook opa’s kleinzoontje. Met die buit stevig in zijn handje geklemd, holde het ventje terug naar Opa. Nog steeds zwijgend, en duidelijk onder de indruk van het immense avontuur dat hij had beleefd.

Opa vond het wel genoeg zo. Maar hij had het ook koud gekregen en hij moest nodig plassen, voor een oudere man een heel precaire combinatie van omstandigheden. Gelukkig was er ook een mooi cafetaria op hetzelfde plein, waar het lekker warm was, waar er een speelhoekje was voor de kleintjes en waar de koffie heet, sterk en lekker was. Dus onderweg naar huis was dat een mooie plek om even aan te leggen.

Het pakje dat kleinzoontje van Santa Claus had gekregen werd vakkundig geopend en bleek een doosje Chocotofs te bevatten. Opa vond het nogal goedkoop, maar het ventje was er toch wel mee in zijn nopjes.

En met een mond vol chocolade toffee lachte het manneke zijn opa toe en zei: “Dat was leuk, opa, die dieren, en ook de kerstman was leuk”. Hij kauwde nog wat door, en zei toen met volle mond met zijn meest ontwapenende glimlach: “Ik vind jou eigenlijk best lief, opa!”. En hij gaf opa een chocolade knuffel.

En toen... toen werd het ook in opa’s knorrige hart plotseling echt Kerstmis. Het feest van vrede op aarde.

En ze leefden nog lang en gelukkig!